|
|
|
|
Golf in Italië |
“Bella Italia” wordt niet meteen met golfen geassocieerd. Het land heeft heel wat andere troeven die het dan ook dolgraag uitspeelt. Dat golf daar ogenschijnlijk niet bij hoort, heeft vooral te maken dat de sport in de Italiaanse laars niet voor vol aanzien wordt. Eerder als een leuk tijdverdrijf voor de Italiaanse elite.
Lid worden van een gevestigde golfclub als Torino, Villa d’Este (foto) of Circolo di Venezia kost dan ook meer dan handenvol geld. Het veelvoudige van wat er in België gevraagd wordt.
Ook greenfeeën is in het traditionele Italiaanse golfwereldje niet meteen aan de orde. Wil je regelmatig op een andere baan golfen, dan word je daar gewoonweg lid…
Dat erg elitaire is er wel uit aan het gaan. Daar zorgden deels de alsmaar talrijker wordende commerciële golfbanen voor. De toeristische sector besefte immers dat het golfen een bijkomende aantrekkingspool voor het land kan betekenen. Vandaar tal van nieuwe golfinfrastructuren in de toeristische regio’s van het land. En dat zijn er veel. Zoals bijvoorbeeld Argentario (foto) aan de Toscaanse kust.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Costantino Rocca wees de weg |
Vooraleer Costantino Rocca (foto als winnaar van zijn Ryder Cup 1997-duel met Tiger Woods) in het helle spo(r)tlicht stapte, had de Italiaanse sportwereld nauwelijks oog voor het golfen dat als was recreatiefs weggewimpeld werd.
In de sportkranten Gazzetta dello Sport of Tuttosport stond er nauwelijks een letter over de golfsport. Hoop en al de uitslag van een Major.
Costantino Rocca veranderde dat. De nu 58-jarige zoon van een greenkeeper op Albenza Golf Club bij Bergamo wrong zich in de bekendheid na zijn play off-nederlaag tegen John Daly in The Open 1995.
Viermaal succesrijk op de European Tour effende hij nadien het pad voor de hedendaagse generatie Italiaanse toppers à la de broers Edoardo en Francesco Molinari, Matteo Manassero en Italiaanse hoop Renato Paratore (foto).
|
|
|
|
|
|