De 6de hole van Royal St George’s waar nu The Open betwist wordt.
Een par 3 van zo’n 160 meter met meestal wind op de neus. Een hole die ik nooit zal vergeten.
Vooral door de eerste van de vijf rondjes die ik ooit op Royal St George’s speelde. Een driebal met uiteraard caddies op pad. Absoluut nodig om Royal St George’s te spelen, anders raak je je weg kwijt zoals Koreanen die ooit op St George’s startten, maar op het nabijgelegen Prince’s eindigden…
Op de eerste hole deed ik precies wat mijn caddie zei. Par. Op hole twee eveneens.
Hij glunderde… zeker naar zijn collega caddies. Hij had blijkbaar een weddenschapje lopen.
Dat glunderden werd nog breder toen ik op hole 3, een lange par 3, haast een birdie lukte.
Hole 4 dan, met de roemruchte Himalaya bunker (foto). Eén van de moeilijkste holes van Royal St George’s. Maar dat wist ik toen niet. Ik haalde de green van die par 4 in drie slagen, maar had maar één putt nodig. Weer par.
Het werd… eentonig toen ik, eveneens perfect gestuurd door mijn caddie, op de par 4 vijfde hole, de eerste met zicht op de zee, weer maar één putt nodig had.
Ik speelde de eerste vijf holes van Royal St George’s zowaar in par.
Zelfs eerder easy…
Dan hole 6. Een par 3 die als iconisch wordt omschreven. Daar zorgen zijn lengte, zo’n 160 meter, maar vooral de vier greenside bunkers voor.
Ook het feit dat de hole deels “blind” speelt, deed me op de tee twijfelen.
“Sla gewoon je afstand…”, raadde mijn caddie me aan. “Liefst een tikkeltje meer, want je moet de voorste bunker absoluut mijden.”
Wat hij niet had moeten zeggen, want…
Juist, mijn bal, aarzelend geslagen want een “blind hole” is niet mijn ding, zeilde in die potbunker.
Erg dicht bij de voorkant, bleek wat later.
Ik naar beneden. Poging 1, niet er uit. De bal rolt zelfs terug op de plek waar ik hem uit had willen slaan.
Poging 2, nog erger. Mijn caddie, die mijn bunkercapaciteiten blijkbaar overschat had, kwam een kijkje nemen. “Je club nog meer openen…”, was zijn advies… dat ik ook wel wist.
Poging 3, weer net niet. Dus nog maar eens geprobeerd. Een “hit and hope”-slag die eerst geen succes, maar dat nadien wel had.
Op de green dus, maar haast in een andere bunker. St George’s had blijkbaar compassie.
Ik had wel drie putts nodig om mijn Callaway onder het Kentse oppervlak te duwen.
Mijn caddie? Die telde voor me op. “A German…”.
Ik had het niet meteen door. “Nein!” zei hij die "Nine" met Fawlty Towers achtige Duitse tongval.
Met de klap had ik zijn vertrouwen verloren. Toch voor eventjes, want “we” wonnen uiteindelijk wel.
|